Alles ontglipte me, ook mijn man

Heleen de Vries (49) was net een paar jaar getrouwd met haar tweede man toen ze borstkanker kreeg. Toen ze na de operatie en bestralingen aan de hormoontherapie begon, ging het mis. ‘Ik voelde me wankel en raakte de grip op alles kwijt, ook op mijn relatie.’

In eerste instantie was Heleens man bezorgd en meelevend toen ze ziek werd. ‘Hij was een enorme steun en nam me veel uit handen. Na de behandelingen wilde ik mijn oude leven weer terug, maar ik had door de hormoontherapie last van vermoeidheid, stemmingswisselingen, opvliegers en slapeloosheid. Ik was te moe om het leven bij te houden. Alles ontglipte me, ook mijn man.’

Wat is er?

Heleens man was steeds vaker buitenshuis met zijn eigen dingen bezig. ‘Hij was obsessief aan het sporten en ging vaak motorrijden. Ik vroeg regelmatig of er iets aan de hand was, maar hij ontkende. Doordat ik me zo anders voelde dan normaal, dacht ik dat het allemaal aan mij lag. Ik ging aan mezelf twijfelen en voelde me steeds onzekerder.’
Na een jaar besloot Heleen te stoppen met de hormoontherapie. ‘Ik wilde me weer gelukkig voelen en genoeg energie hebben om te werken en een leuke moeder en partner te zijn. Ik durfde het risico aan in ruil voor meer levenskwaliteit.’

Kapot

Een paar maanden later werd duidelijk dat Heleens man verliefd was geworden en was vreemdgegaan. ‘Mijn wereld stortte opnieuw in. Ik was kapot en kon alleen maar huilen. Als ik me sterker had gevoeld, had ik de relatie waarschijnlijk beëindigd, maar dat kon ik niet. Ik hield me vast aan wat er nog was. Ook voelde ik dat het nog niet klaar was tussen ons.
Mijn man hield nog van me, maar vond het moeilijk met mijn stemmingswisselingen om te gaan. Bovendien was ik altijd moe waardoor we nauwelijks leuke dingen deden. Ook in bed was er een kloof ontstaan; er was minder intimiteit en door de opvliegers wilde ik zelfs niet meer knus tegen elkaar aan liggen. Mijn man dacht dat hij niet meer belangrijk voor me was.’

Vergeven

Heleen en haar man zijn ondanks alles toch bij elkaar gebleven. ‘Ik voel me weer goed, kan weer slapen en heb mijn zelfvertrouwen terug. We zijn nu drie jaar verder en houden van elkaar. Mijn man heeft spijt van wat er gebeurd is. Hij snapt zelf ook niet wat hem bezielde. Het liefst zou hij het nu achter zich laten. Voor mij wordt het echter nooit meer zoals het was. Het vertrouwen is geschaad en diep van binnen voel ik veel pijn. Het lukt me nog niet om hem te vergeven; ik zou het wel willen, maar ik weet niet hoe.’

Omwille van de privacy van het gezin is de naam Heleen de Vries gefingeerd.