Bemoei jij je maar met je eigen kanker

Lindy (52) kreeg in 2014 de diagnose borstkanker. Haar man was een enorme steun tijdens de behandelingen. Een jaar later, vlak voordat ze klaar was met de immunotherapie, kreeg Mario (55) de diagnose slokdarmkanker. Hij trok zich maandenlang terug in zijn schuurtje om de schok te verwerken. Het was een zware periode voor het gezin, maar inmiddels kunnen ze weer samen genieten van de tijd die ze nog hebben.

‘Eigenlijk was het niet te doen toen Lindy ziek werd’, vertelt Mario. ‘Ik was net mijn eigen bedrijf aan het opzetten, we moesten het huishouden draaiend houden en zorgen voor onze dochter Lotte (11)  en mijn dochter Natalia (20). Zij woont bij haar moeder, maar is regelmatig bij ons. Ik was heel druk, maar ging elke week met Lindy mee naar het ziekenhuis. Ik wilde er voor haar zijn.’

Met een bazooka op een mug
Lindy werd uit de bus geplukt bij het bevolkingsonderzoek. ‘Ik had een tumor achter mijn tepel en op verschillende plekken DCIS. Ik onderging een borstamputatie, de poortwachtersklier was godzijdank schoon. Mijn arts zei: “We gaan met een bazooka op een mug schieten; je krijgt immunotherapie, chemotherapie en hormoontherapie.” Vanaf de diagnose onderging ik zeven operaties, omdat ik na de directe reconstructie een ontsteking kreeg. De siliconenprothese moest er tot twee keer toe weer uit en mijn gezonde borst werd verkleind en gelift.'

Niet alleen
Natalia en Lotte schrokken erg van de diagnose van Lindy. ‘Ik heb Lotte op kinderniveau uitgelegd wat borstkanker is’, herinnert Lindy zich. ‘Ze mocht alles vragen, maar ik wilde haar niet overladen met informatie. Op school was Lotte de enige met een moeder met borstkanker en daar wist ze niet goed raad mee. Ze ging naar de kinderclub van Inloophuis Kennemerland in Santpoort, waar ze andere kinderen ontmoette met een ouder met kanker. Ze voelde zich daardoor minder alleen.’
Zelf doet Lindy nog steeds yoga in het inloophuis. ‘Het is prettig om daar tot rust te komen. Als het straks slechter gaat met Mario, dan kan ik daar terecht.’

Nog drie maanden voor Mario
Toen Mario in 2015 de diagnose slokdarmkanker kreeg, was de verwachting dat hij nog drie maanden zou leven. Lindy was bijna klaar met de immunotherapie en zat middenin haar operaties. ‘Ik was blij dat het einde in zicht was. Al die tijd was ik positief en strijdbaar geweest en ik voelde me enorm gesteund door Mario. Ik was nog niet aan verwerken toegekomen, toen Mario zelf ernstig ziek bleek te zijn.’
Mario was voor zijn gevoel in één klap weg. ‘Ik werd meegetrokken in de depressiviteit van de kanker. Ik dacht: dit was het, ik ga dood. Ik voelde me verslagen en zat maanden in mijn schuurtje, waar ik mentaal afscheid nam van het leven en zat te tobben over onze financiën. Hoe kon ik ervoor zorgen dat de boel hier na mijn dood overeind zou blijven?’
Voor Lindy was het een zware tijd. ‘Ik miste zijn arm om me heen en kon hem niet ondersteunen. Ons contact was ineens heel oppervlakkig, we konden er niet over praten samen. Ik voelde me machteloos. Tegelijkertijd besefte ik dat ik als enige ouder van Lotte zou achterblijven. Ik moest zo fit mogelijk worden! Daarom voor mij vanaf dat moment geen suiker en alcohol meer; ik ging fietsen en naar yoga. Ik viel een aantal kilo’s af en werd steeds energieker.’
Mario en Lindy gingen om de beurt voor een behandeling naar twee verschillende ziekenhuizen. De ene keer zat Mario aan het  bed van Lindy, de andere keer zat Lindy aan het bed van Mario.

Opkrabbelen
Voor Mario had het allemaal geen zin meer. ‘Ik dacht bekijk het maar met je yoga en je gezonde voeding. Ik rook gewoon mijn sigaretje en drink mijn biertje, ik ga toch dood. Lindy wilde dat positieve gedoe op mij overbrengen, want wie weet kon ik mijn leven nog iets verlengen. Maar ik sloeg al haar adviezen in de wind. Ik dacht: bemoei jij je maar met je eigen kanker, dan doe ik dat ook.’
Mario kreeg zes weken lang bestraling en chemotherapie en toen was zijn tumor met 35 procent geslonken. ‘Ik was een beetje teleurgesteld dat het niet beter was aangeslagen, maar kon in ieder geval weer gewoon slikken.’
Mario en Lindy hadden bij hen thuis gesprekken met een oncologieverpleegkundige, die ze nog steeds kunnen bellen wanneer ze daar behoefte aan hebben. Ook praatte Mario met de huisarts en een psycholoog. In de zomer van 2015 sleepte Lindy haar man mee naar Portugal. Na die vakantie krabbelde Mario langzaam weer op. ‘Ik probeerde van elke dag te genieten en maakte voorzichtig een paar plannetjes voor de toekomst: we konden best een weekendje weg en de kozijnen moesten nodig geverfd worden. Ik kreeg langzaam weer een beetje vertrouwen in mijn leven.’
In juni 2016 werden bij Mario uitzaaiingen in de longen geconstateerd. ‘Die plekjes groeien wel, maar ik voel me nog redelijk goed. Het is volgens de artsen een wonder dat ik er nog steeds ben. Voor komende zomer hebben we weer lekker een vakantie naar Portugal geboekt.’

Liefde
Wat betreft hun relatie leverden Lindy en Mario een zware strijd. ‘Ik zeurde dat hij gezonder moest gaan leven’, zegt Lindy. ‘We hadden veel ruzie en stonden lijnrecht tegenover elkaar over hoe je met kanker omgaat. Ik heb geleerd dat ik mijn eigen ding niet op Mario moet projecteren. Het is zijn leven, hij moet dat zelf indelen zoals hij wil.’
Mario kan dat alleen maar beamen. ‘Ik vind het prima hoe zij het doet, maar ik ben gewoon heel anders. Iedereen heeft recht op zijn eigen manier met de ziekte om te gaan. Ik vind het een enorme klus om geestelijk en lichamelijk overeind te blijven. Het is niet alleen maar ziek zijn, maar ook je angst een plek geven, er zijn voor je gezin en zorgen dat je niet in de schulden terechtkomt.’
Lindy: ‘We kunnen het weer goed met elkaar vinden omdat we de ander nu in zijn waarde laten. Onze liefde voor elkaar houdt ons op de been. Die liefde is krachtiger geworden omdat we beseffen dat Mario niet meer beter wordt. We proberen samen maar ook apart nog zoveel mogelijk leuke dingen te doen. Mijn grootste drijfveer om door te gaan zijn de kinderen.’

Lotte
‘Het is heel fijn dat ik nu veel ruimte heb voor Lotte’, vertelt Mario. ‘Toen ik nog werkte, had ik nauwelijks tijd voor haar. Ik ben nu bezig met een inhaalslag: ik help haar met huiswerk, we doen spelletjes en praten samen. Lindy heeft Lotte de afgelopen tijd fantastisch opgevangen. Ze deed ondanks alles toch leuke dingen met haar.’
‘Ik wilde gewoon niet dat Lotte zou denken dat haar ouders alleen maar met kanker bezig zijn’, legt Lindy uit. ‘Lotte was soms boos, verdrietig en bang. Ik heb met haar gepraat en haar gevoel serieus genomen. We proberen er niet elke dag aan te denken dat het straks slechter zal gaan met Mario. Maar ook dan wil ik er voor hem en de kinderen zijn.’