Twee vriendinnen, één wens

Marike (45) en Milja (40) ontmoetten elkaar in 2009 via het inloophuis in Apeldoorn. ‘We zaten in twee verschillende praatgroepen voor jonge mensen met kanker’, vertelt Marike. ‘De begeleider heeft ons aan elkaar gekoppeld omdat we allebei de mogelijkheid op een zwangerschap wilden behouden na de borstkankerbehandelingen.’

Marike kreeg in 2009 op 38-jarige leeftijd de diagnose borstkanker. Na een borstsparende operatie en radiotherapie volgden chemo- en hormoontherapie, waardoor ze in de overgang zou raken. ‘Mijn arts bracht het onderwerp vruchtbaarheid nog voor de start van de chemo ter sprake. Ik bleek erfelijk belast met een afwijking aan het BRCA2-gen, maar wilde nog niet preventief mijn eierstokken laten verwijderen. Wie weet zou mijn vruchtbaarheid na de behandelingen nog terugkeren. Mijn relatie met Herman was nog pril; we kenden elkaar pas vier maanden. Toch hebben we besloten voor de zekerheid embryo’s te laten invriezen.’

Milja was 32 toen ze in 2008 de diagnose borstkanker kreeg. Ze ging naar een congres over borstkanker bij jonge vrouwen en daar kwam het onderwerp vruchtbaarheid aan de orde. ‘Ik heb het toen zelf aangekaart bij mijn artsen.’ Milja’s behandelplan bestond uit een borstsparende operatie, radiotherapie en chemotherapie. Tijdens de bestralingen startte ook voor haar het spoed-IVF-traject. ‘Mijn man Eric en ik konden uiteindelijk zes embryo’s laten invriezen.’

Hetzelfde schuitje
Marike en Herman maakten een afspraak met Milja en Eric, nadat ze via het inloophuis aan elkaar gekoppeld waren. ‘We hebben toen uitgebreid over het vruchtbaarheidstraject gesproken’, herinnert Milja zich. ‘We zaten in hetzelfde schuitje en waren vrij open over het onderwerp. Het klikte tussen ons en er ontstond na die eerste ontmoeting een hechte vriendschap.’
Marike en Milja maakten vervolgens vele ups en downs met elkaar mee. Marike wilde na een jaar hormoontherapie proberen zwanger te worden. Omdat op één van haar eierstokken een cyste zat, moest die eierstok in verband met de erfelijkheidsfactor verwijderd worden. ‘Toen vervolgens bleek dat de voorraad eicellen in mijn eierstokken hoe dan ook onvoldoende was, besloot ik beide eierstokken in één operatie te laten verwijderen en mijn hoop te vestigen op de zes embryo’s in de koeling.’
De eerste terugplaatsing van twee embryo’s heeft niet tot een zwangerschap geleid, doordat ze zich niet goed konden innestelen. Een paar maanden later gingen twee embryo’s bij het ontdooien verloren. De laatste twee werden teruggeplaatst, maar ook nu konden de embryo’s zich niet innestelen. Marike was enorm teleurgesteld in haar lichaam en kon het grote verdriet niet goed delen met haar partner. ‘We hielden elkaar vast, maar erover praten lukte niet. Ik wilde zo graag moeder worden en de mooie dingen uit mijn eigen opvoeding doorgeven aan ons kindje. Ik had er behoefte aan om samen een vorm te vinden om het hele traject af te sluiten en te bekijken hoe we verder zouden gaan. Helaas wist Herman niet wat hij ermee aan moest en sprak hij nauwelijks over zijn emoties. Mijn eigen gevoel raakte ook afgesloten en de afstand tussen ons werd groter.’

Een prachtig geschenk
Milja was erg moe van de chemotherapie en had het eerste jaar na de borstkankerbehandelingen geen behoefte om het zwangerschapstraject al in te gaan. Omdat Milja ook onvruchtbaar was geworden, begon ze in 2010 aan de eerste terugplaatsing. Twee embryo’s gingen verloren en een terugplaatsing van een derde embryo eindigde in een miskraam. Een jaar later volgde een tweede poging, maar de embryo’s gingen nog voor de terugplaatsing verloren. ‘Toen was het dus klaar’, zegt Milja. ‘We werden geconfronteerd met heftige emoties nu duidelijk werd dat we nooit een kindje van ons samen zouden krijgen.’
Milja en haar partner Eric besloten echter andere mogelijkheden te onderzoeken. ‘De kinderwens was groot en Eric wilde het liefst een ‘eigen’ kindje. Gelukkig was iemand dichtbij ons bereid eiceldonor te zijn.’ Na een lang traject van onderzoeken en gesprekken, eindigt de eerste terugplaatsing na twee maanden zwangerschap wederom in een miskraam. Voor Milja was het zowel fysiek als mentaal erg zwaar. ‘We hadden nog één embryo in de vriezer, maar durfden er bijna niet meer in te geloven. Na alle strijd en emoties voelde het dan ook als een overwinning toen het deze keer wel goed ging. Angst overheerste een groot deel van mijn zwangerschap, maar ik vond het zo bijzonder dat er een kindje in mij groeide! Eind mei 2015 hielden we onze lieve dochter Nica in onze armen. Een bijzonder en prachtig geschenk!’
Milja: ‘Onze donor zegt dat ze alleen een bouwsteen heeft geleverd en dat wij voor de rest moeten zorgen. Voor mijn gevoel is Nica mijn eigen kind; ik heb haar negen maanden in mijn buik gedragen.’ Milja vindt het jammer dat Nica altijd alleen zal zijn, maar wil absoluut niet nog eens zo’n zwaar traject afleggen. ‘Ook al had ik misschien liever twee kinderen gewild, ik ben heel dankbaar voor Nica en droom ervan haar te zien opgroeien. Onze donor heeft het met veel liefde gedaan, maar ik vraag het haar absoluut niet nog een keer. Zeker niet nu ze zelf een partner en een kinderwens heeft.’

Vriendschap
Dat Milja wel moeder werd en Marike niet, had geen invloed op hun vriendschap. ‘Ik vind het ontzettend jammer voor Marike’, zegt Milja, ‘maar ik geniet heel erg van mijn eigen geluk. Ik voel ook dat Marike het ons oprecht gunt.’
‘Ik ben inderdaad blij en dankbaar dat het bij Milja en Eric wel gelukt is’, beaamt Marike. ‘Ik weet wat ze ervoor hebben moeten doen. Milja en ik begrijpen elkaars emoties en ik kan nog steeds mijn verhaal bij haar kwijt.’
Marike en Herman zitten inmiddels in relatietherapie. ‘Onze relatie staat stil, we zitten vast. Ik zit niet lekker in mijn vel en worstel met de vragen hoe ik de leegte kan opvullen en voor wie of wat mijn leven nog belangrijk is. Ik hoop dat ik over een jaar weer voluit kan leven en kan genieten van kleine dingen.’
Milja en Marike benadrukken hoe belangrijk het is met elkaar in gesprek te blijven. ‘Wees duidelijk over je gevoelens en zorg dat je begrepen wordt’, zegt Marike. Alleen door te praten blijf je elkaar volgens Milja ook vinden. ‘Als je thuis niet kunt praten, zoek dan andere mogelijkheden bijvoorbeeld in een inloophuis. Je hoeft het niet alleen te doen!’