‘Huiswerk lijkt me minder grappig, daar heb ik een hekel aan’

Willem (12 jaar): ‘Ik kan me nog herinneren dat ik in groep 2 zat en jarig was op de sportdag. Van juf Conny mocht ik toen op het podium staan terwijl alle kleuters voor mij zongen.
Ik weet ook nog goed dat ik naar de hand keek van Nick, een jongetje dat bij mij in de klas zat. Hij verloor in de kerstvakantie een paar vingers door een rotje.
In groep 5 speelden we de musical Ronja en ik was aardman en Borka-rover. Ik had gelukkig weinig tekst, want ik ben nogal vergeetachtig. Het was een leuke tijd; we hoefden niet veel te werken in de klas omdat we vaak gingen oefenen voor de musical.
Op kamp naar het Archeon in groep 7 was ook leuk. We waren in een nagemaakt middeleeuws dorp en bakten brood zoals ze dat toen deden. Het smaakte heel zuur. Ik zou niet graag in de middeleeuwen leven; ik zou de technologie van nu missen.
Mijn vader en ik zijn gek op snelle en oude auto’s. We zijn fan van het televisieprogramma Top Gear en we gaan naar beurzen om auto’s te bekijken. Andere hobby’s van mij zijn computeren en tekenen. Ik teken veel stripverhalen en zat ook een tijd op tekenles. Soms vraagt juf Sandra of ik een strip voor de Vreelandbode wil maken.
Ik vind het fijn om in groep 8 twee meesters te hebben. Alle andere jaren had ik juffen. Meesters maken meer grapjes die voor jongens leuk zijn.
Als we het Schooltv-weekjournaal kijken, zit ik soms naast Tijn op de tribune. Dan maken we botte grappen over wat we zien. Als ik te erg giechel of door meester Kees heen praat, moet ik strafregels schrijven of nablijven.
Volgend jaar ga ik naar dezelfde middelbare school als mijn zussen. Ik heb zin in de creatieve vakken en in geschiedenis, aardrijkskunde en biologie. Het is grappig dat je steeds van lokaal en docent wisselt, maar huiswerk lijkt me minder grappig, daar heb ik een hekel aan. Wat ik wil worden, weet ik nog niet, waarschijnlijk iets met auto’s of tekenen.’

20 jaar: ‘Ik ben veel relaxter geworden’

‘Als kind kon ik pisnijdig worden over dingen, bijvoorbeeld over opmerkingen van anderen. Nu trek ik me er niks meer van aan. Ik ben veel relaxter geworden. Tijdens de puberteit had ik soms verhitte discussies met mijn ouders, met name over mijn schoolcarrière. Die ging niet helemaal van een leien dakje. Vanwege mijn ADD kon ik niet zo goed dingen onthouden en concentreren. Talen waren echt een ramp voor mij. De meeste ADD’ers zijn wel creatiever, dat is dan weer een voordeel. Ik zat twee jaar op het Vechtcollege - een privéschool met kleine klassen - maar miste de reuring van een grotere school. Daarom ging ik naar Broklede in Breukelen. Midden in het jaar werd ik van 3 vwo teruggeplaatst naar 2 havo. Vervolgens ging ik elk jaar maar net over. Ik heb het absoluut naar mijn zin gehad op Broklede, maar ik denk dat ik wel iets beter mijn best had kunnen doen.
Na mijn eindexamen begon ik aan de hbo-opleiding Automotive, maar dat was niet helemaal wat ik ervan had verwacht. Daarna deed ik Industrieel Product Ontwerpen aan de HAN in Arnhem. Het was een leuke opleiding waar je veel creatief denkvermogen voor nodig hebt. Ik moest concepten bedenken en daadwerkelijk dingen maken. Vanwege mijn ADD vergat ik soms afspraken, waardoor ik mensen met wie ik samenwerkte helaas wel eens teleurstelde. Uiteindelijk ben ik gestopt omdat ik toch liever iets met cultuur wil doen. In september begin ik met de opleiding Cultureel Erfgoed in Amsterdam.
Ik woon al bijna drie jaar op kamers en die vrijheid bevalt mij goed. Ik zit bij zowel een studentenvereniging als een studievereniging en heb een leuk leven. Soms denk ik na over het afbetalen van mijn studielening, maar ik kan me beter eerst zorgen maken over mijn studie en daar wat meer aandacht aan besteden.
Ik volg de politiek en het nieuws aandachtig en filosofeer met huisgenoten over de dingen die in de wereld gebeuren. Over corona maak ik me geen zorgen, dat komt vast wel goed. Er waren helaas geen feestjes de afgelopen tijd, maar ik ging wel naar wat “bijeenkomsten”.
Ik hoop dat ik over tien jaar een baan en een huisje heb in een leuke stad. En dat ik nog steeds gelukkig ben en me over weinig dingen zorgen hoef te maken.’