Kinderen positiever benaderen

'Ik wilde een jaar na de geboorte van mijn zoon weer aan het werk. Mijn oude baan bij een exportbedrijf in bloembollen en vaste planten was lastig te combineren met moeder zijn. Omdat ik op mijn zestiende al verlangde naar een groot gezin, dacht ik dat gastouderopvang misschien wel wat voor mij was. In 2003 ben ik begonnen en het bleek inderdaad wat voor mij te zijn!'

'Ik vond het spannend om de verantwoordelijkheid te hebben voor de kleintjes. Maar al snel ging het helemaal vanzelf. Ik vind het behalve gezellig, ook fijn dat je een band opbouwt met de oppaskinderen. Ze groeien met elkaar en met mijn eigen kinderen op. Dat is bijzonder. De moeilijkste fase is de wenfase. Als een kind eenkennig is en alleen maar naar mama wil, vind ik het lastig. Ik heb medelijden met zo’n huilend kleintje. Gelukkig gaat het na een paar keer al beter. Dan ken ik het nieuwe kindje een beetje en weet ik hoe ik kan troosten of afleiden.'

'Ik heb vorig jaar meegewerkt aan een onderzoek van de Universiteit Leiden naar het welbevinden van kinderen in verschillende soorten opvang en de bekwaamheid van leidsters, pedagogisch medewerkers en gastouders. Ik volgde een vaardigheidstraining: er werd bij mij thuis gefilmd en ik kreeg videofeedback over hoe ik met de kinderen omga. Ik leerde hoe ik de kinderen positiever kan benaderen door complimenten te geven.'

'Ik denk dat je door de kleinschaligheid van gastouderopvang meer aandacht kunt besteden aan de kinderen. Op sommige kinderdagverblijf zijn er bijvoorbeeld vaste tijden waarop kinderen verschoond worden. Ik vind dat je een kind niet in een poepluier kunt laten rondlopen. Ik verschoon de kinderen wanneer het nodig is.'

'In februari heb ik mijn diploma MBO-2 gehaald. Het was een tijd geleden dat ik huiswerk had, dat was even wennen. De meeste dingen weet je wel, maar je moet er toch even voor blokken. Door het onderzoek van de universiteit had ik al veel geleerd op pedagogisch gebied. Dat kwam nu goed van pas!'