We zijn elkaars klankbord

‘Voordat ik zelf kinderen kreeg, werkte ik op het Belastingkantoor. Ik stopte met werken en kreeg vier kinderen. Zeventien jaar geleden, mijn jongste was toen zes jaar oud, begon ik als gastouder met de opvang van mijn nichtje. Sindsdien is het door mond-tot-mondreclame steeds verder uitgebreid.’

‘Mijn buurvrouw Cora en ik zijn al vijftien jaar buren. We waren de eerste bewoners van deze huizen. In het begin waren er nog geen schuttingen, waardoor iedereen makkelijk met elkaar in contact kwam. We hadden allemaal jonge kinderen en gingen veel met elkaar om. Na een paar jaar is Cora ook gastouder geworden.’

‘Cora en ik zitten bijna elke ochtend bij elkaar met alle gastkinderen. Wanneer ik een kind ga verschonen, houdt Cora een oogje in het zeil en andersom. Er zijn altijd twee paar ogen en dat is prettiger voor ons en veiliger voor de kinderen. Een van ons haalt de kinderen tussen de middag uit school, zodat de kleintjes lekker thuis kunnen blijven. Ook wanneer een van ons ziek is of even naar de dokter of tandarts moet, springt de ander in.’

‘Voor de kinderen is onze samenwerking ook leuk: soms gaan alle meisjes bij de een spelen en alle jongens bij de ander. Afspraken wanneer de kinderen een koekje of snoepje mogen, hebben we op elkaar aangepast, zodat het duidelijk is voor de kinderen. We hebben natuurlijk onze eigen kindjes, maar één jongetje zit bij ons allebei. Als hij op woensdag iets wilt vragen of getroost wilt worden, gaat hij naar Cora, en op donderdag komt hij bij mij. Het maakt niet uit in welk huis we zitten, hij weet het precies!’

‘Het is prettig dat ik met Cora kan praten over ons werk. Zo heb je niet heel de dag alleen maar kinderpraat, maar kun je als volwassenen dingen bespreken. We zijn elkaars klankbord en dat is niet alleen zinvol, maar ook erg gezellig: we hebben veel plezier samen. Ik ga voorlopig niet verhuizen en Cora hopelijk ook niet!’